door:
Jongstleden is Maarten Otten lid geworden van AetA. Hij stelt zich voor.
Ik ben afgestudeerd in 1981 bij professor Apon op de Benedenstad Nijmegen (stedebouwkundig plan en architectonische uitwerking). In 1982 net afgestudeerd ben ik met 3 van mijn studiematen een eigen buro gestart (en geen kroeg zoals sommige andere collega’s deden (Café Berlaere). Elke architect zou m.i. moeten starten met werken voor particuliere opdrachtgevers. Als het goed is leer je dan in elk geval luisteren i.p.v. bij voorbaat eigenwijs doen waar je denkt dat “iedereen op zit te wachten”.
Na 10 jaar een eigen buro te hebben gehad ben ik gestopt toen de volgende crisis uitbrak in Azie en oversloeg (1992). Wij waren gegroeid naar 13 mensen en groeien en crisis gaat niet samen : dat breekt heel snel op. Ongelofelijk veel geleerd en veel projecten mogen maken, maar met alleen vooral bijzondere woonhuizen maken red je het niet…..
Vervolgens aangetrokken door HASKONING (Royal) om architectuur wat meer op de kaart te zetten en van 13 mensen naar (toen) circa 600 is een grote stap (bijsturen van een olietanker met één roeispaan schiet niet echt op….) Daarna 4,5 jaar Van den Pauwert in Eindhoven (middelgroot buro) om vervolgens over te stappen naar Architecten aan de Maas, waar ik vanaf 1998 werkzaam ben. Ik ben niet getrouwd maar woon al lang samen met mijn vriendin Linda en we zijn inmiddels oma en opa van 2 leuke kleinkinderen.
Mijn team bij AAdM is helaas de afgelopen jaren van circa 12 mensen terug gegaan naar 4. We blijven onverbeterlijke optimistisch werken aan projecten.Op onze site staat als “leidraad”:
In Nederland is veel van het gebouwde sober en doelmatig. Dat is niet echt verwonderlijk als je naar onze volksaard kijkt. Functioneel en zakelijk vormen een vanzelfsprekend fundament voor wat we bouwen. Maar sinds wanneer zou “ietsje meer” strafbaar zijn? Mag het juist niet iets meer vanzelfsprekend zijn dat gebouwen (gebouwde omgeving) ook op je gevoel werken. Dat woorden als “gezellig”, “leuk”, “prettig” geen uitdrukkingen zijn waar een architect geen boodschap aan heeft, omdat ze zo moeilijk te plaatsen zijn binnen die rationele context. Zelf woon ik al jaren in het Witte Dorp in Eindhoven. Een magnifieke buurt ontworpen door Dudok. Waar architectuur en stedebouw als vanzelfsprekend integraal zijn verweven. En of het nu zomer of winter is maar zelfs bij het meest mistroostige weer voel je je daar vrolijk en “alsof je op vakantie bent”. Een dergelijke kwaliteit proberen we te halen in al onze projecten. En gelukkig zijn de opgaven en de locaties en de mensen voor wie we bouwen ook nog eens zo verschillend dat elk ontwerp anders kan en mag worden. Die ruimte om dat samen met een opdrachtgever te onderzoeken en te realiseren vormt de basis voor ons team en onze projecten bij Architecten aan de Maas.
Mijn verwachting van het lidmaatschap van AetA is dat ontmoetingen en gesprekken ook eens energie opleveren i.p.v. dat de aandacht voor het vak vooral energie vreet…..
Ik ben 12 jaar voorzitter BNA ZOB geweest met het doel de onderlinge contacten tussen architecten wat minder competitief en informeler te maken. “Samen sterker” i.p.v. ieder voor zich. Ik heb veel excursies en bijeenkomsten samen met collega’s georganiseerd en ik vind dat een prima manier om wat meer van elkaar te begrijpen en ook van het vak.
Dat wil ik graag doorzetten bij AetA.
Project Oranjehof Best