Verslag Lutyens dag 3

Dag 3: over niemandsland, een herinneringspark, proefkonijnen en Vlaamse reuzenboterhammen.

Zondagochtend blijven we in de buurt van Ieper en cirkelen rondom ontwerpvragen over een Herinneringspark in dit landschap van de Grote Oorlog. Jeroen en Lodewijk werken aan het masterplan voor dit park en zoeken naar middelen die de cruciale rol van het landschap in WO-I opnieuw voelbaar kunnen maken. Hoe kijken bezoekers naar dit landschap? - wij zijn vandaag een soort proefkonijnen.

We starten in het plateau-landschap ten oosten van Ieper. Dit is de zogenaamde Ieperboog, een uitstulping in de westelijke gevechtslinie. Ieper is nooit in Duitse handen gevallen, maar na vier jaar van heen- en weer bewegingen tussen Duitse en geallieerde troepen, was de stad totaal verwoest en was de Ieperboog omgewoeld, kaalgeslagen en getekend door loopgraven, bunkers en bomkraters. Vergelijking van luchtfoto’s uit 1914 en 1918 geeft een onthutsend beeld van deze totale destructie. Het gebied is opnieuw ingericht na de oorlog. Het is een vrij vlak open akkerland met verspreid daarin wederopbouwboerderijen, veelal door enorme, recent gebouwde, schuren ontsierd. De torenspits van de St Maartenskerk, boven de plateaurand uitstekend, is een markant oriëntatiepunt op Ieper. Maar het beeld wordt gedomineerd door een grootschalig bedrijventerrein en een windmolenpark. Daarbij is het weer vandaag winderig en kil, met zware grijze luchten.

We bezoeken een miniatuur Britse begraafplaats in het voormalige niemandsland tussen de Duitse en de geallieerde linies. Het gesprek gaat over hoe je hier plekken met elkaar kunt verbinden en ook de minder voor de handliggende highlights van de oorlog in een netwerk kunt opnemen. En over de taaiheid van het overleg met de vijf betrokken gemeentes, die eigenlijk allemaal hun plan al hebben getrokken.

De bus voert ons langs het abrupte einde van de A-19, die volgens plan vanaf Kortrijk zou worden doorgetrokken naar de kust; dwars door het noordelijke deel van de Ieperboog. Hier ligt een enorm grondlichaam; een nooit voltooid viaduct. Het is een historische site, zo hebben Lodewijk en Jeroen ontdekt. Want hier is in de jaren ’60 de verlenging van de A-19, dwars door de Ieperboog, een halt toegeroepen door verzet vanuit de bevolking. Een memorabele heuvel, die perfect als uitzichtplek aan de rand van het veelbevochten niemandsland zou kunnen gaan fungeren.

In het gebied ligt ook de Duitse begraafplaats Langemark; een van de vier die na de oorlog zijn ingericht. Hier een ommuring met een halfhoge wal, bekleed met gras en keien, en een massief ogend granieten entreepaviljoen. In de entree-as van het paviljoen ligt een massagraf, dicht omringd door een carré van granieten platen waarin de namen van de 25.000 gesneuvelden gegraveerd zijn. Daaromheen, onder een ruisend dak van zware eiken, een weide met rijen platte, grijs-granieten stenen, waarin telkens meerdere namen zijn gegraveerd (nog eens 20.000 gesneuvelden).

deze beschaduwde weide kijk je rondom, over de muur heen, naar het licht boven het omringende akkerland. Een heel verstilde plek; een zwaar soort stilte in vergelijking met de sereniteit van de Engelse rustplaatsen.

Je realiseert je ineens een bijzondere kwaliteit van de Lutyens-cemetries met hun staande grafstenen; scherp aftekenend in het licht. De kleurrijke, uit solitaire planten gecomponeerde borders die de eindeloze rijen begeleiden, geven het graf van elke soldaat een troostrijk soort individualiteit. Prachtig. Hopelijk zal Commonwealth War Graves Commission, die al deze begraafplaatsen onderhoudt, hierop nooit bezuinigen.

De bus voert ons vervolgens via een indrukwekkende laan van maple-bomen omhoog, naar het monument voor de Canadezen. Hier ligt het Sanctuary Wood, dat beschutting bood aan de geallieerde troepen. In een majestueuze bocht van de maple-avenue ontvouwt zich de volgende ’Lutyens’ voor ons: het Sanctuary Wood Cemetry. De situering op een helling, omarmd door de laan en gevat in de bosrand, heeft tot een prachtige waaiervormige compositie van graven geleid. Deze vouwt zich rondom een aslijn die vanaf het entreepaviljoen omhoog loopt, via de ’warstone’ en het ’cross’ naar een beschutte zitplek. Van hieruit kijk je terug naar het bos én naar de verte.

Die geënsceneerde route; bij elke begraafplaats weer uniek, want geënt op het landschap, is wel het meest sublieme aspect van Lutyens’ ontwerpen.

Na een Belgische koffie in een particulier museumpje, volgestouwd met oorlogsparafernalia, maken we een stevige wandeling over de Sanctuary Hill.

Al afdalend ontdekken we in een beschutte laagte de entreepoort van het Maple Cops Cemetry, geflankeerd door hoog oprijzende italiaanse populieren. Een kleine rechthoekige begraafplaats, omgeven door een verzonken muur en een gracht; de rand prachtig afgebiesd met de bekende lichte deksteen. Als je door de poort naar binnen gaat kijk je vrij uit over het gras en de weilanden, langs het kruis, op een gehucht in de verte. De onzichtbare omheining (de befaamde ha-ha uit de engelse landschapskunst) is een pragmatische oplossing die tegelijkertijd de landschappelijke kwaliteit van de plek expressief maakt. Vier groepen esdoorns markeren de hoeken van het veld. Subliem in zijn eenvoud, deze plek.

Het wandelen geeft ons gevoel voor afstand en reliëf in dit landschap. Het gebied dat we kruisen, langs hazepaadjes en tussen de koeien door, was in ’14-’18 niemandsland, zo vertelt Jeroen. Als je dat weet kijk je anders. Jeroen suggereert een bordje ’no mans land’ bij een hek dat we passeren. Verhelderend, vervreemdend en poëtisch.

Onze Sancturay Hill wandeling eindigt bij de Hooge Crater Cemetry, aan de drukke weg van Ieper naar Menem. De begraafplaats ontleent zijn naam aan het hevig bevochten en uiteindelijk verwoeste Hooge Kasteel. Een enorme bomkrater van 15 meter diep restte; nu een vijver in het amusementspark dat is opgericht op de voormalige kasteelgronden. De begraafplaats ligt op een helling. Maar voordat het grafveld zich ontrolt aan de bezoeker is er een groene voorruimte, geflankeerd door twee paviljoens die een weids uitzicht over het landschap inkaderen. Centraal hierin ligt de ’warstone’ in een verzonken cirkel in het gras, refererend aan de bomkrater.

Wederom een knappe situering, maar het wandelen maakt hongerig en dorstig. In het tegenoverliggende museumcafé genieten we van Vlaamse reuzenboterhammen met huisgemaakte paté. Daarbij hoort natuurlijk een laatste pot bier, als afsluiting van dit in alle opzichten zéér geslaagde weekend!

Mede aanleiding van de excursie is de publicatie Cemetries of The Great War, geschreven door Jeroen Geurst. Onderstaand het programma en de bijbehorende pagina's uit het boek.

Programma Cemeteries of The Great War

Vrijdag

  • Historial de la grande guerre Peronne Beaulencourt BC (p 210)
  • Favreuil BC (p292)
  • HAC C (p312)
  • Croisilles BC (p255)
  • Monchy BC (p366)

Zaterdag

  • Feaubourg d’Amiens C en Memorial in Arras (p289)
  • Warlincourt Halte BC (p438)
  • Serre Road C no.2 (p408)
  • Thiepval memorial (p413)
  • Dernancourt CCE (p268)
  • Heilly Station C (p322)
  • Villers-Bretonneux MC (p426)
  • 20.00 uur last post Menenpoort Ieper

Zondag

  • Duitse begraafplaats Langemark Ceasar’s Nose cemetery Pilkem Museum Hill 62 Sanctuary Wood C (p404)
  • Wandeling via Hill 62 naar Maple copse C (p357)
  • Hooge Crater C (p328) Hooge Crater Museum

Publicatiecategorie

Laatste publicaties