door:
Madeleine Steigenga schreef, met assistentie van Jurriaan van Stigt, Ronald Knappers en Simone Gerards, het verslag van 24u Eindhoven.
Onder het beeld van Anton Phillips verzamelen we , een paar fietsers, de treingangers nog te voet en Simone komt aanrijden met de volgwagen. Friso Broeksma - als starter van de 24-uursexcursies - neemt direct het woord en vertelt het gezelschap over de bronzen Anton; een creatie van Wenckebach. Simone, Rein en Eugène hebben de excursie efficiënt geregeld.
Tijdens het ontbijt worden we ingevoerd in de landelijke en regionale positie van Eindhoven door Jean van Zeeland om vervolgens door Herman Kerkdijk in de stad zelf ingewijd te worden: “Eindhoven is geen mooie stad met opportune stedenbouw maar een weerbarstige stad”. Rein wijst ons op de kaart aan hoe we gaan fietsen. Alle projecten liggen in de zuidkant van de stad, het lijkt goed te doen!
Starten met het nieuwe licht, de ledjes
Gelukkig hebben we al gegeten als we een half uurtje later in het test lab van Philips staan, waar o.m. een 'vers voedsel' opstelling in een namaakwinkel op verschillende manieren aangelicht wordt. Er zijn ook museumopstellingen en hotelkamers ingericht. Het draait om de led lampjes, zoals Jurriaan blogt 'let make things'.
De grote fietstocht
Voor de zekerheid deelt Rein niet alleen fietsen maar ook plastic poncho's uit. Dan starten we met de fietstocht. Eerst koffie in het voormalige luchthavengebouw van Dirk Roosenburg. Het gebouw ligt nu op de rand van de wijk Meerhoven en wordt als kantoor uitgebaat door een landelijke B&B organisatie, die nog zoekende is naar een passend gebruik voor de open ontvangstruimte op de begane grond. AetA klimt snel de verkeerstoren in en geniet van het liefdevol gemaakte plafond en de zeskantige stalen voetjes van de kolommetjes.
Natuurpark/landschapspark
Harry van Helmond fietst ons voor naar het grote natuurpark van TKA (Hubert de Boer). We beproeven onze conditie in het heuvellandschap rond de grote waterpartij, waterberging, het gemaal ontworpen door Harry ziet er prachtig uit en ook de bruggen van DaF-architecten, en de ontworpen vleermuizengrot. Wat Eindhoven een park noemt, is voor ons een landschap.
Samen ieder zijn eigen huis
Dan door naar het collectieve particuliere opdrachtgeverschap, 32 woningen, Hof van Zeelst Landhof een plan van Bureau A architecten. We krijgen een toelichting over dit voortvarend aangepakte bouwplan. De complexiteit en de vertaling daarvan door de architecten roepen herinneringen op aan de SAR (stichting architecten research) die vroeger op de TUe -campus gevestigd was. Ook toen stonden de flexibiliteit van de plattegronden en de eigen wensen van de bewoners voorop. Naast onze respect voor het ontwerptechnisch beheersen van 32 verschillende eigenzinnige huishoudens, was onze vraag 'wie regelt dat allemaal?' Voor dit project is dat een ex-verkoper van asperges. De bewonersgroep vormt samen de VVE en krijgt als groep keuzes voorgelegd; een beslissing is bijvoorbeeld voor het werken met twee kleuren baksteen in het totale complex.
Meet&lunch
Tot nu toe fietsten we telkens door het groen, maar op weg naar onze lunch op de Hightech campus pakken we met de fiets een stukje snelweg. Gelukkig begint het te regenen en kunnen we de poncho's beproeven. Na gebleken geschiktheid is het verder droog gebleven. De campus is strak geordend, een in slagorde opgestelde rij 'groene' parkeergarages (Inbo) houdt ons vrij van autoverkeer. Het was ontzettend leuk dat we al lunchend een viertal expats/ wizkids ontmoetten die over hun werk vertelden ' interesting job' en die Eindhoven zien als 'Great city near Amsterdam'. Op de campus doen we ook Philips Concepts aan en krijgen de in ontwikkeling zijnde winkelconcepten te zien, waarbij de kleur van de ook in het meubilair verwerkte b (led-)verlichting aangepast kan worden aan de kleuren van de waar. En natuurlijk ook de mededelingen en keuzemenu's die in de winkelruiten met liquid crystals verschijnen worden ons vertoond. Met deze communicatie via touchscreens kunnen winkels dicht blijven.
Met de fiets naar de auto's
Hoewel ik bijna 10 jaar in Eindhoven gewoond heb, kom ik nu voor het eerst in de Daf fabrieken. In een treintje worden we door het totale montageproces vervoerd en krijgen uitvoerig uitleg. Het is indrukwekkend, maar de AetA leden focussen op 'de vrouw in het productieproces'. Waar zijn de Dafvrouwen terwijl er relatief veel AetAvrouwen door de montagehallen reizen? Gelukkig zien wij hen in de laatste werkfases. Onderweg vertelt Simone nog wat extra in's en outs'. Een aantal buitenlandse Daf-werknemers krijgt Nederlandse les van haar en Simone wordt door een enkeling enthousiast toegewuifd. Via hen weet ze dat een ambitieuze werknemer veel mogelijkheden krijgt om op te klimmen in het bedrijf. Weer terug in het authentieke hoofdgebouw, worden de in de hal opgestelde vrachtauto's enthousiast beklommen, dat is wat anders dan zo'n snelle cabriolet. De ambities van Daf worden ons door Harry Brekelmans, directeur Marketing Services uitgelegd. De fabriek drijft op de 2x per dag uit België ingereden onderdelen en is gespecialiseerd in “boys toys”: alle soorten vrachtauto's. Het paradepaardje maakt minder geluid dan een BMW. Er is een Europese en een Amerikaanse tak, de Amerikanen rijden met de motor in het zicht van de bestuurder. De Europeanen zitten er liever bovenop. De verkoop wordt zoveel mogelijk door DAF in eigen hand gehouden door een gespecialiseerd dealernetwerk, jaarlijks worden er zo'n 25 Daf-dealer-gebouwen meegefinancierd door DAF.
Fietsen milieu-vriendelijk?
En natuurlijk kwam 'het milieu' ook aan de o[rde bij DAF. Terug fietsend naar de bewoonde wereld - Strijp - lieten we de Daf-milieu-boodschap van Harry even zakken. We leerden van hem dat de milieuvervuiling door de rubber-wielen-deeltjes veel ernstiger is dan die van de - inmiddels aardig opgeschoonde - uitlaatgassen. Dan kijk je toch met enige argwaan naar dat fietswiel voor je.
Het geheim van Eindhoven
Het hele gebied van Strijp-S was - net als het Daf terrein - vroeger verboden gebied voor de gewone Eindhovenaar, het was een complex bedrijfs- en laboratoriumgebouwen van Philips. Strijp-S is voor de designliefhebbers een begrip. Een deel van de activiteiten van de jaarlijkse DDW (Dutch Design Week) speelt zich hier af. Het was verrassend om de hallen leeg te zien en te horen dat de sfeer van deze hallen - net verlaten fabriekshallen die even in gebruik lijken te zijn door Design Nederland - bewust gekozen 'Design' is van Trudo, de woningcorporatie die deze hallen exploiteert en ons ontvangt. De hallen blijken geoutilleerd voor grote popconcerten met sfeervolle kleedruimten - met wandhoge foto's van oude fabrieksruimten voor de bands.. De verschillende hallen zijn geluiddicht en daardoor separaat voor verschillende events tegelijk bruikbaar. En zoals Jurriaan opmerkt, zo simpel kan een naam zijn. Strijp-S vergeet je nooit. Inmiddels ontwikkelt het gebied zich gestaag. Als aantrekker is er de huisvesting van creatieve bedrijven in de andere oude gebouwen. Op dit moment worden er koopwoningen gebouwd. Een oude machinehal wordt door de uitbaters van de Amsterdam-noordse Goudfazant tot trendy restaurant verbouwd.
De geest van Anton
Strijp- S is eigenlijk dicht bij het centrum van Eindhoven, waar we na een bezoek aan het skatersparadijs Area 51, de designwinkel Yksi en De Ontdekfabriek waar AetAleden en andere kinderen hun technische kennis creatief kunnen uitleven, snel naar terugfietsen. Aan het andere kant van het centrum van Eindhoven wacht de rentmeester van het huis van Anton Phillips ons op met een glas witte wijn en een uitgebreide toelichting op het huis en de tuin van Philips. Maar vooral om ons de mores bij te brengen, die hoort bij het binnenstappen van zo'n bijzondere plek. Bij elke voorstelronde werd de afkomst van de groep AetA-leden door onze gastheren en dames snel samen gevat als 'uit Eindhoven en uit Amsterdam dus'. De achternaam van onze gastheer, Amsterdam, bracht ons even in verwarring, maar tijdens de toelichtingen gedurende de bijna 2 uur durende rondleiding hield de heer Amsterdam ons consciëntieus in het gareel. Cultuur! We leerden niet alleen hoe de familie Philips en de rentmeester zelf in dit authentieke monumentale pand van architect Johan Wilhelm Hanrath uit 1907 wonen, maar ook hoe wij ons dienen te gedragen op deze plek waar de groten der aarden nog steeds welkom zijn: 'volgende week mogen we hare majesteit ontvangen'. Op de vleugel staan de foto's gegroepeerd die zijn woorden onderstrepen.
De harde werkelijkheid
Nadat we nog even een rondje om het grasveld van Anton Philips liepen, fietsten we snel door naar de tegenpool; een voormalig klooster, in een gewone woonstraat. In de keuken dezelfde stoom en bakovens als in de bijna-authentieke keuken van Antons' rentmeester, maar op de gang schuifelende mensen achter een rollator of in een rolstoel. Iedereen is onder de indruk van de toelichting; met vereende krachten is hier een kleine zorginstelling georganiseerd om zwervers die 'echt niet meer kunnen' na een ziekenhuisopname te revalideren of voorgoed een vast bed te bieden. Dat kost heel veel inspanning, met name omdat het een groep mensen is die zich niet binnen de standaardvoorzieningen laat vangen. En hoe werkt dat, in zo'n woonbuurt? blijven praten, reageren als er gemeld wordt dat er blikjes bier ergens onder de rododendron verstopt worden. We geloven in deze zorgmanager en vertrekken wat stiller dan we kwamen.
Slow food op een rangeerterrein
Hoewel we weten dat we op weg waren naar Van Gend & Loos, is de verrassing groot als we ontvangen worden in een tapijtenshowroom op het rangeerterrein. De treinen denderen vlak langs de plek waar de tafels prachtig gedekt staan. Er bleek geen erg uitgebreide keuken voorhanden te zijn en Simone spedde zich naar Geldrop om de eigen magnetron in te brengen. Ondertussen doen we ons vast tegoed aan in een zuurbad ontvelde tomaten. Onze kok Lucas Mullié 'voedselcurator' is afgestudeerd aan de Design Academy en heeft zich in de relatie tussen voedsel en tijd verdiept. Hij is 'voedselcurator'. Samen met Digna Kosse verzorgt hij ons diner. Alle ingrediënten van onze slow food maaltijd zijn op een andere manier langzaam gegaard, zoals door het zuur of door fermenteren. Maar het is vooral lekker en gezellig eten.
Het nachtleven van Eindhoven: kunst en cultuur
Vera (verplichtingen) en Jurriaan (ziek) nemen de trein naar huis en wij klimmen weer op de fiets om ons in het nachtleven van Eindhoven te storten. We zijn deelgenoot van prachtige muziek van Ad van Meurs en gezelschap in café De Oude St. Joris., blues, mix van arabisch en westerse muziek, uit Griekenland, Turkije, Iran musici die elkaar naadloos versterken en aanvullen. Ze schijnen elke dinsdagavond in dit café te spelen; een aanrader. Als het café sluit en Herman Kerkdijk 'dit café ken je toch wel, zat er ook al tijdens je studie!' zich met de stadsarcheoloog bij ons voegt, gaan we op stap. Stadsarcheoloog Nico Arts verhaalt over de ontstaansgeschiedenis van Eindhoven (stadsrechten!!) en het Brabantse hertogdom tijdens een wandeling door de binnenstad. Het is pikkedonker, we zullen nog eens terug moeten om bij daglicht te kijken waar hij naar wees. Als archeoloog ben je gewend te zien wat wij niet zien. Voor de hedendaagse cultuur spoeden we ons naar onomatopee . Een opening van een expositie om 1:30, wat zit er achter onze maakcultuur? Op de ene locatie heeft Kunstenaar Maurice zijn installatie opgebouwd: put, berg grond, stenen, hout en een huisje. De curator Freek Lomme probeert duidelijk te maken waarom we wat zien. Ronald Knappers: Hoehoegevoel! De andere locatie toont 'stadskunst', kunst op straataffiches.
Lichtbeleid en laatste keer Philips
We fietsen door de inmiddels rustige stad naar Broeinest, een 'burgerinitiatief': na de officiële moderne kunst nu een illegaal cultureel centrum. Rein komt regelmatig op deze plek, zijn (Turkse) leverancier van brandblusmaterialen is bij het centrum betrokken. Broeinest biedt gastvrijheid aan Rik van Stiphout , die namens de gemeente Eindhoven haar lichtbeleid presenteert en aan Philips lichtarchitect Har Hollands die over zijn grootschalige lichtprojecten vertelt. Rik powerpoint de initiatieven die Eindhoven als 'lichtstad' op de kaart moet houden. Verlichtingsplannen voor belangrijke gebouwen en ook voor het jaarlijkse lichtfestijn ‘Glow’. Harry ontwikkelt o.a. voor Philips en de gemeente Eindhoven grootschalige lichtplannen, zoals de brug van Chang Jiang in Nanjing. De gastvrijheid van het Broeinest is vertaald naar een keur van zoete en pittige Turkse hapjes. Maar de initiatiefnemer vertelt ook nog zijn eigen verhaal. De locatie was eerst een heftige nichtentent en hij exploiteerde zelf een hieraan verbonden B&B. Maar het werd niet alleen de buurt, maar ook hem te veel. Toen is hij dit -even illegale - buurtinitiatief in de ruimte gestart. Een bescheiden man die dit laagdrempelige initiatief organiseert. Grote families kunnen hun feesten hier vieren en allerhande initiatieven krijgen er de ruimte. Natuurlijk waren we nieuwsgierig naar wat wel- en wat niet mocht van 'de regeltjes' en hoe hier mee omgegaan wordt: gewoon doen. Een bijzonder verhaal en om dat midden in de nacht aan ons te vertellen toont zijn inzet voor Het Broeinest.
A sing a songwriter en een vissersmis
We zitten midden in de nacht in het verzamelkantoor van Van Wylick, DiederenDirrix en Marx &Steketee, een voormalig bankgebouw aan de Dommelstraat, en luisteren gelaten naar de straatmuzikant die speciaal voor ons binnen zijn akoestische gitaar en liedjes laat klinken. We dommelen wat weg. Slaperig hijsen we ons weer op de fietsen om op tijd bij de mis te zijn. Een bevreemdende ervaring voor ongelovigen, maar thuiskomen voor de katholieken onder ons. Eugène vond zijn neef bereid om de ochtendgebeden ‘metten’ te bidden. Zelf had hij een geheel in het latijn uit te voeren metten voorbereid, zijn neef bleek er voor ons begrip toch ook teksten in het Nederlands in verwerkt te hebben. Een bijzondere gewaarwording als we over de stenen trap van de Augustinuskapel omhoog klimmen. De koster zet de bidstoelen in het gelid voor ons, de priester trekt zijn witte jurk aan en wij doen naar vermogen mee.
Groen en water
Gelouterd fietsen we in de ochtendgloren naar de stadsrand waar de boswachter ons om 6 uur op staat te wachten om ons 'jammer genoeg moet het zo snel' in te voeren in de perikelen van een natuurgebied op de grens van de stad. Het gaat over veel vochtige poelen, verzuring (slecht teken), klachten van de buurt over natuurgeluiden, teken, stropers en besmette bramen. Zorgelijke zaken, maar wij vinden het voornamelijk mooi, vredig en stil. We moeten opletten waar we lopen, maar kijken zo nu en dan om ons heen op zoek naar 'echt' wild. Het blijft bij een enkele kikker, vogels, insecten en wat paarden die dromerig in de wei staan. Voor het laatste onderdeel van onze 24 uur fietsen we naar het Pieter van den Hoogenband-bad. Hier ligt de jeugd van de Eindhovense zwemclub om zeven uur 's ochtends al in het water, ouders zitten gemoedelijk op de tribunes langs de kant. We zijn vrij om rond te lopen en zien hoe de begeleiding van de zwemmers bijna 1 op 1 is. Oei wat zijn die 50- meter baden lang als je nog maar een kind bent!
Back in town
Het ontbijt in Cocagne is een sjiek einde van deze 24-uurstrip. Eugene Franke, Simone en Rein van Wylick hebben ons met veel hulp van Harry van Helmond een stad laten zien met de focus niet op de gebouwen, maar juist op de mensen. Wonen, werken, vrijwilligers, zorgers, hightech slimmerds, muzikanten, designers, rentmeesters en religieuzen. De stad met heel veel 'led'jes, maar ook ontzettend veel groen. fantastisch en bedankt!