12 juni 2012
door:
door:
Maart 2012
In maart 2007 zijn we met het Genootschap Architectura et Amicitia (AetA) op excursie in Cuba. Het eerste gebouw dat we bezoeken is het Casa de la Cultura in Velasco, een dorp in de buurt van de stad Holguin. Via Roberto Segre, architect van Italiaanse afkomst en autoriteit op het gebied van de moderne architectuurgeschiedenis van Latijns Amerika, zijn we dit cultuurhuis op het spoor gekomen. We hebben gelezen dat het een bijzonder gebouw is en dat het ontworpen is door Walter Bétancourt, een Amerikaanse architect die zich na de revolutie in Cuba hee gevestigd. De foto’s die we hebben gezien zijn veelbelovend. Maar verder is het een verrassing wat we daar zullen aantreffen.
Achteraf is het een hoogtepunt van de excursie. Niet alleen vanwege het bijzondere ontwerp. Ook vanwege de functie van het gebouw in de stad en het gastvrije onthaal van de inwoners. Net als zoveel andere gebouwen in Cuba is het cultuurhuis versleten en hoognodig aan een opknapbeurt toe. Provisorisch zijn diverse onderdelen gerepareerd. Als we met de bus arriveren, begint een harmonieorkest met in rode hemden gehulde muzikanten te spelen vanaf het podium aan het plein. Na het openingswoord van de directeur en een prachtig voorgedragen gedicht door een imposante blonde dame, worden we naar binnen geleid naar een tentoonstellings ruimte van plaatselijke kunstenaars. Dan worden we doorgeleid naar de theaterzaal en verrast met optredens van zangers, dansers en gitaristen van verschillende leeftijden en in wisselende samenstellingen. Als uitsmijter worden we getrakteerd op een feestelijke lunch. Achteraf horen we dat er zelden toeristen in Velasco komen, dat er nooit belangstelling wordt getoond voor het cultuurhuis waar de stad zelf zo trots op is. Later in het excursie programma bezoeken we de kunstscholen bij Havanna van de architecten
Ricardo Porro, Vittorio Garatti en Roberto Gottardi. Dit zijn eveneens bijzondere gebouwen uit de eerste jaren na de revolutie. Deze kunstscholen hebben lange tijd in slechte staat verkeerd, maar worden op dat moment gerestaureerd. Dat zou met het cultuurhuis van Velasco ook moeten gebeuren, denken wij meteen. Aanvankelijk besluiten we het bescheiden geldbedrag dat overblij van de excursie aan de restauratie van het cultuurhuis te besteden. Maar we vragen ons af aan wie we dat geld moeten geven en of dat wel eectief is. Als we vernemen dat de restauratie van de kunstscholen is begonnen met een publicatie in 1999, besluiten we het excursiesaldo te besteden aan een Forum-uitgave over het cultuurhuis van Velasco. Dat geld is inmiddels aangevuld met bijdragen van AetA en andere instellingen die het cultuurhuis en de gemeenschap in Velasco een warm hart toedragen. Wat hee het Casa de la Cultura nog meer te bieden dan een heldenontvangst voor de enkele groep architecten die hier komt? Op verzoek van AetA schreef John Loomis, de auteur van de publicatie over de kunstscholen, een artikel over de architect Walter Betancourt en reisden Johanna van Doorn en Lara Voerman van bureau Steenhuismeurs naar Cuba af voor nader onderzoek