Nieuw lid: Cees Nagelkerke
Bij wijze van mijn introductie geen persoonlijk portret maar een maar een blik in een vertrek waarin een vleugel staat met de nocturnes van Chopin op de lessenaar en even verderop een beeldhouwwerk van Hildo Krop.
Bij wijze van mijn introductie geen persoonlijk portret maar een maar een blik in een vertrek waarin een vleugel staat met de nocturnes van Chopin op de lessenaar en even verderop een beeldhouwwerk van Hildo Krop.
Ik ben opgeleid aan de TU Eindhoven, waar ik in 1992 afstudeerde. Ik werkte in de jaren negentig en nul bij enkele bureaus in Amsterdam, met een uitstap naar een bureau in Oost Afrika in de tweede helft van de jaren negentig.
Het timmermansambacht had al op jonge leeftijd mijn interesse. Een schuur waar ik in mijn kindertijd spelend mee aan het bouwen was, werd een afstudeerproject aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam.
Ik ben opgeleid als architect (TU Delft) en heb in die rol mogen bijdragen aan vele toonaangevende gebouwen. Wat ik leuk vind aan bouwen is dat je met verschillende mensen, van architect tot bouwvakker, iets tastbaars maakt waar je samen trots op bent.
Rein Jansma was misschien wel de meest blijmoedige, optimistische en ondernemende collega onder ons. Altijd opgewekt, altijd nieuwsgierig, altijd op zoek naar experimenten, en boven al altijd optimaal geïnteresseerd in iedereen met wie hij sprak of iets ondernam.
Als architectuurstudent vertrok Subash Taneja met zijn vriend Prabath Kashyap uit India. Via een omweg kwam hij naar Nederland en werd hij medewerker bij Lucia en Enrico Hartsuyker, later nam hij het bureau over.
Mijn naam is Paul Tesser, tot architect gevormd in Delft, waar ik in 2001 ben afgestudeerd. Bij diverse bureaus, met hun verschillende kwaliteiten, binnengekeken, om in 2006 mijn eigen bureau te beginnen.
Mijn naam is Paco Bunnik. Na een studie Bouwkunde aan de TU Delft ben ik vanaf 1999 in verschillende werkverbanden ruim tien jaar werkzaam geweest als architect. Daarna heb ik de overstap gemaakt naar de Gemeente Amsterdam, Dienst Ruimtelijke Ordening, waar ik nu zo’n 14 jaar werk.
Lisa van der Slot (1990) is architect en stedenbouwkundige bij De Zwarte Hond.
Dana Dijkgraaf, die het grafisch ontwerp voor Appendix 2 over de Geschiedenis van AetA 2006-2020 heeft gemaakt, heeft haar nominatie voor dit boekwerk in de categorie Annual Report weten te verzilveren. De jury bestaat uit een internationaal gerenommeerd gezelschap met o.a.
De 19e eeuwse zorgen om de teloorgang van de schoonheid van Nederland leidde in 1911 tot een bijzondere vereniging: De Bond Heemschut. Eén van de oprichters van die vereniging was het Genootschap Architectura et Amicitia.
De redactie van Forum onderzoekt in tien nummers het wonen in de tijd. In ieder nummer komt een specifieke ruimte aan bod. Na de hal, keuken, technische ruimte, woonkamer, werkkamer en galerij is nu de tuin aan de beurt.
AetA in India 10 nov1994: op het dak van het Secretariaat en Hoger Gerechtshof in Chandigar van Le Corbusier
Ed was lid van AetA vanaf 1979. Hij was een aimabel mens en combineerde een diepe interesse in bouwtechniek met liefde voor de architectuur. Effectbejag was hem vreemd, hij dacht functioneel.
Mijn kennismaking met Moshé Zwarts en A et A vallen samen bij een studiereis naar Madrid, Toledo Cordoba en Sevilla in het najaar van 1988. Tussen de vele, nieuwe gezichten – een AetA-reis met 57 personen - valt een enthousiaste en zeer betrokken man op.
Na een donker tijdperk, waarin AetA zelfs bijna werd opgeheven, startte in 1982 een nieuw bestuur en een nieuwe bloeiperiode van de vereniging. Otto zat in dit bestuur van 1985 tot en met 1988 en was zeer actief.